Winst gloorde, Gelijkspel was een zekerheid, maar het werd een nipte verlies.

In de NOSBO-competitie mocht ons achttal in de eerste ronde het achttal van Assen ontvangen. Het was de doop van onze nieuwe teamleider Hans. Hans is onlangs overgestapt van Assen naar ons en kon dus zijn oude team het moeilijk maken.

Assen heeft een fiks aantal sterke spelers, maar net als bij ons speelt niet iedereen mee in de doordeweekse competitie. Een blik op de opstellingen leerde dat Assen het van de topborden moest hebben en wij van de staartborden.

En dat kwam er ook uit.

De eerste en enige partij die snel beslist was, was de partij van Wim. Die had al snel een zeer mooie stelling met een koningsaanval van je welste. De tegenstander probeerde nog van alles. Maar als Wim eenmaal in de winning mood is, is er geen houden aan. De koningsstelling werd verplettert, een vrijpion rukte op naar de zesde rij. Tussendoor nog even een kwaliteitje meegenomen en alle tegenkansen in de kiem gesmoord. Het speelde eigenlijk vanzelf voor Wim. Dat kon je ook zien aan de gebruikte tijd door beide spelers. Wim nog 50 minuten over en de tegenstander nog 5 minuten.

Om 10.20 gaf de tegenstander op.

Vijf minuten later moest Hans zijn koning omleggen. Nu mocht hij dan ook tegen Ivo Maris die 430 ratingpunten meer heeft. Die moest even goedmaken dat hij zaterdag in de KNSB-competitie niet had meegedaan in de met 9-1 verloren wedstrijd van Assen. Zoals hij echter terecht opmerkte het niet meedoen maakte gelukkig geen verschil. Als Assen nou nipt verloren had dan was het anders geweest. Ik dacht dat Hans nog gelijk stond toen het plotseling mis ging. Maris moest eerst zijn stukken op de goede velden zetten en toen dat eenmaal was gebeurd vlogen de pionnen van Hans van het bord. Dan zie je pas hoe goed Maris kan spelen. Nu nog eens een keer die meestertitel binnenhalen. (1-1)

Ook Jan Willem kon het niet bolwerken. Hij stond al snel slechter. In mijn aantekeningen van tien uur zie ik dat hij toen al een kwal achter stond en ook nog eens moest opletten voor mat achter de paaltjes. En dat belemmerde het spel van zijn stukken. Geen schande zeg ik, want ook ik wordt er tegen Pieter Tromp vaak afgezet.(1-2)

De volgende die verloor was Willem. Willem speelde zijn eigen spelletje maar had moeite om het spel naar zich toe te trekken. En dan ga je wat op meerdere gedachten hinken. Dat pakt meestal niet goed uit. Een familieschaakje op koning en dame dwong Willem tot overgave. (1-3)

Om vijf over elf was het de beurt aan Herman om op te geven. Hij stond naar mijn mening zeer goed en kon de kwaliteit winnen (zie foto). Hij zag een mooie combinatie die eindigde met Loper h6. Valt een loper op g7 twee keer aan en als die de loper op h6 neemt komt Dxh6 en komt er een mataanval. Helaas zag zijn tegenstander dat hij met Lb2 de kansen kon laten keren. Herman probeerde nog wat, maar kon stuk verlies niet voorkomen. Dit kwam mede doordat zijn koning nog in het midden stond en bepaald niet veilig stond. Jammer, want ik had er niet op gerekend (1-4)

Zowel Douwe als Sergei hadden in tijdnood al eens remise aangeboden, wat de beide Asser spelers tot hun spijt hadden afgeslagen. Tot hun spijt, want beide spelers verloren. Sergei had in een dame + paard + een vijftal pionnen de aanvallende stukken. Hij wist de onveilige koning van zwart op te jagen middels vele schaakjes. Op zoek naar een veilig heenkomen ging de zwarte koning naar voren van g8 naar d5. En toen kwam een familieschaakje op f6 waardoor de zwarte dame verloren ging. (2-4)

Douwe wist beter raad met zijn twee torens in een twee toreneindspel. Hij wist één toren af te ruilen en kwam met zijn andere toren de vijandelijke stelling binnenvallen. En je weet dat in een toreneindspel de aanvallende toren veel sterker is dan de verdedigende toren. Ook in dit geval. Douwe wist een paar pionnen te veroveren en de tegenstander zag dat er geen oplossing meer was en gaf op. (3-4)

En dan Marcel. Hij had een kwaliteit gewonnen en later werd dat een toren tegen drie pionnen. Hij moest secuur spelen want zijn eigen koning stond wat open in het veld. Zoals gebruikelijk was Marcel in de 30 seconden fase. Dan blijft hij goede zetten doen. De pionnen van de tegenstander werden gevaarlijk en konden ver oprukken, maar Marcel hield de vijandelijke koning in het vizier. Uiteindelijk kwam er dame plus toren en twee pionnen tegen dame plus toren en drie pionnen op het bord. De dames werden geruild. De beslissende fout was dat een gedekte pion naar h7 ging waardoor de zwarte koning op h8 vast zat. Dat leek heel goed, maar het nadeel was je moest oppassen voor een dolle toren. Dat had Marcel te laat in de gaten en de tegenstander zag het wel. Dat heb je met die jeugdspelers, ook als ze 18 zijn geworden zien ze veel trucjes.

Marcel probeerde nog te winnen, maar dat kan moeilijk als je pionnen verloren gaan. Tenslotte moest hij in remise berusten. Gelukkig had hij nog dreiging op herhaling van stelling. (3,5-4,5)

Al met al had er dus meer ingezeten. Het had ook erger kunnen worden als op de borden 7 en 8 de remises waren aangenomen.

Eind deze maand is de uitwedstrijd naar het tweede van SISSA

Verslag van de tegenstander: https://www.schaakclubassen.nl/2024/11/12/assen-i-opnieuw-nipt-te-sterk-voor-esg-i/#more-10515